
Wie heeft er nooit een kopje gebroken? Je raapt de scherven op, kijkt er wat meewarig naar en gooit ze dan in de vuilnisbak. Klaar. Maar als ìk een scherf zie, gaat mijn hart sneller kloppen. Voor een archeoloog is een scherf een goudmijn.
Ik zie... een stukje aardewerk, ruw meestal, soms glad, of met wat strepen verf. Onaanzienlijk, de kleur van de aarde. Maar ooit maakte het deel uit van een complete pot. Een kookpot misschien. Eens had die pot twee oren en een bodem, kon je er soep in koken, of linzen. Hé, die pot is heel groot en wijd. Niks groentenprut, hier werd vlees in gebraden, de poot van een schaap, met flink wat uien en bonen. Een feestmaal werd hierin bereid, genoeg voor de hele familie, tantes en ooms incluis. Brood erbij en eten maar.
[quote text_size="medium"]
"De ribbels dienen om de warmte beter vast te houden, en die zwarte vlekken - dat is roet van het open vuur waarop gekookt werd"
[/quote]
Je kunt nog veel meer zien aan een scherf. Hoe oud de pot is, hoe hij is ontstaan, wanneer gebroken. Was het huisvlijt, gemaakt door de vaardige handen van de vrouw des huizes? Of het ambacht van een professionele pottenbakker? Was het de mooie familievaas of gewoon een kommetje voor de olijven? Werd er wijn uit geschonken of misschien een kind in begraven? Bekijk bovenstaande simpele scherf. Het is een deel van een kookpot, gevonden op de vloer van een huis dat zo'n 2000 jaar geleden is ingestort. Het stukje is voorzichtig opgegraven uit de harde grond, samen met de scherven eromheen. Misschien zijn ze nog aan elkaar te plakken; daar heb je wel engelengeduld voor nodig. De ribbels dienen om de warmte beter vast te houden, en die zwarte vlekken - dat is roet van het open vuur waarop gekookt werd.
[quote text_size="medium"]
"Heel even heb ik contact met een vergane wereld, met mensen die eeuwen geleden leefden. Ik houd in mijn handen wat zij vastgehouden hebben, onze vingers raken elkaar - bijna"
[/quote]
U denkt misschien: ach, een grauw stukje aardewerk, oud en verweerd. Maar voor mij is het een kier in het gordijn dat voor het verleden hangt. Ik zie niet alles, een glimp slechts van die verborgen wereld. Ik hoor geen stemmen praten, ik ruik geen etensgeuren, kan niet proeven hoe het schapenvlees smaakt en hoe zuur de wijn is. Geen gezang te horen, de kleurrijke jurken zijn niet te zien. Vergaan, verwaaid, vergeten. Maar die onooglijke scherf laat mij de pottenbakker aan het werk zien, de vrouw die soep kookt, de familie rond de maaltijd geschaard, het kind dat per ongeluk tegen de pot trapt. Heel even heb ik contact met een vergane wereld, met mensen die eeuwen geleden leefden. Ik houd in mijn handen wat zij vastgehouden hebben, onze vingers raken elkaar - bijna.
Dan knipoog ik naar de scherf en gooi hem weg. De informatie is binnen, we moeten verder. Nog zoveel scherven te gaan...
[hr]
Margreet Steiner leidt geen alledaags leven. Als reislustige archeologe bezocht ze al vele windstreken, en haar hang naar avontuur is op haar 65e nog lang niet uitgeblust. Inmiddels bezit ze samen met een aantal andere 60+ dames een eigen opgraving in Jordanië. Als ze niet in het buitenland is schrijft ze en geeft ze les. Op Paradijsvogels Magazine deelt ze haar meest inspirerende ontmoetingen en ontdekkingen.