Anna Maria Geertruida Schmidt, (Annie M.G. Schmidt) geboren te Kapelle op 20 mei 1911 en overleden op 21 mei 1995, staat voornamelijk bekend als schrijfster. Naast het schrijven van verschillende boeken schreef ze ook: liedjes, boeken, toneelstukken, musicals, televisiedrama en radio programma’s.
Hedendaags is Annie M.G. Schmidt voornamelijk bekend van haar kinderboeken. Ze schreef onder andere kinderboeken en kinderseries: Jip en Janneke, Abeltje en Pluk van de Petteflet.
In 1991 stopte Annie met schrijven. Ze was inmiddels bijna blind. Toen ze in 1994 lelijke val maakte die een heupoperatie en een revalidatie ten gevolge had, besloot ze om zelf alle zaken rondom haar dood te regelen. Annie verzocht componist Harry Bannink de muziek voor haar begrafenis te schrijven.
“Harry moet een mooie Medley maken, met liedjes van hem en mij en dat moet dan in iets klassieks overgaan. Toen ik alles besproken had dacht ik: ik had nu wel een feestje verdiend waar ik zelf wél bij was.” ~Annie M.G. Schmidt~
In 2017 ging er ter ere van Annie M.G. Schmidt een musical in première. Hieronder een prachtig fragment uit: "Was getekend Annie M.G. Schmidt" – De laatste dans:
In de rouwadvertentie op 23 mei 1995 in de Volkskrant werd ze herdacht met een onderdeel uit haar eigen gedicht “Mei” die luidde:
“…. Vertel hun maar gewoon
hoe lief de merels zijn op deze aarde in mei.
En hoe ’t met de seringen staat.
Dan strijken ze daar zachtjes langs hun baarden
en zeggen: Ja, zo was het. Inderdaad.”
Een greep uit de mooiste gedichten van Annie M.G. Schmidt
Als Eindelijk…
De dingen die je erg graag wilt, die komen op den duur,
ze komen vroeg of laat, maar meestal laat, dat is zo zuur.
Wanneer je jong bent heb je doorgaans nooit een cent in kas
en áls je eindelijk geld hebt voor een hele dure jas,
dan staat ie je niet meer.
Wanneer je jong bent heb je vijfenveertighonderd plannen,
je komt alleen nooit verder dan de potten en de pannen,
je wordt je hele leven al bedisseld en bedild
en als je eindelijk tijd hebt om te doen wat je graag wilt,
dan wil je het niet meer.
Wanneer je jong bent doe je alles hopeloos verkeerd,
je hebt nog geen ervaring en je hebt nog niks geleerd.
De liefde? En de kinderen? Wie doet het dadelijk goed?
En als je eindelijk wijs bent en precies weet hoe het moet,
dan hoeft het niet meer.
~Annie M.G. Schmidt~
uit: 'Tot hier toe', 1988.
Dit is het land…
Dit is het land, waar grote mensen wonen.
Je hoeft er nog niet in: het is er boos.
Er zijn geen feeën meer, er zijn hormonen,
en altijd is er weer wat anders loos.
En in dit land zijn alle avonturen
hetzelfde, van een man en van een vrouw.
En achter elke muur zijn andere muren
en nooit een eenhoorn of een bietebauw.
En alle dingen hebben hier twee kanten
en alle teddyberen zijn hier dood.
En boze stukken staan in boze kranten
en dat doen boze mannen voor hun brood.
Een bos is hier alleen maar een boel bomen
en de soldaten zijn niet meer van tin.
Dit is het land waar grote mensen wonen...
Wees maar niet bang. Je hoeft er nog niet in.
Zonder jou
De wereld is wonderlijk leeg zonder jou.
Er staat maar zo weinig meer in.
De hemel is aldoor hinderlijk blauw.
Waarom? Wat heeft het voor zin?
De merel zit zachtjes te zingen in ’t groen.
Voor mij hoeft ie heus zo z’n best niet te doen.
De wereld kon vol van geluk zijn, maar nou:
leeg, zonder jou.
Lekker stout…
Ik wil niet meer, ik wil niet meer!
Ik wil geen handjes geven!
Ik wil niet zeggen elke keer:
Jawel mevrouw, jawel meneer…
nee, nooit meer in m’n leven!
Ik hou m’n handen op m’n rug
en ik zeg lekker niks terug!
Ik wil geen vieze havermout,
ik wil geen tandjes poetsen!
Ik wil lekker knoeien met het zout,
Ik wil niet aardig zijn, maar stout
En van leuning roetsjen
en schipbreuk spelen in de teil
en ik wil spugen in het zeil!
En heel hard stampen in een plas
en dan m’n tong uitsteken
En morsen op m’n nieuwe jas
en ik wil overmorgen pas weer met twee woorden spreken!
En ik wil alles wat niet mag,
De hele dag, de hele dag!
En ik wil op de kanapee
Met hele vuile schoenen
En ik wil aldoor gillen: nee!
En ik wil met de melkboer mee
En dan het paardje zoenen.
En dat is alles wat ik wil
En als ze kwaad zijn, zeg ik: Bil!
Dikkertje Dap…
dikkertje dap klom op de trap
's morgens vroeg om kwart over zeven
om de giraf een klontje te geven
dag giraf, zei dikkertje dap
weet je, wat ik heb gekregen?
rode laarsjes voor de regen!
't is toch niet waar, zei de giraf
Dikkertje, dikkertje, ik sta paf
o giraf, zei dikkertje dap
'k moet je nog veel meer vertellen
Ik kan al drie letters spellen
a b c, is dat niet knap
Ik kan ook al bijna rekenen!
Ik kan mooie poppetjes tekenen
Lieve deugd, zei de giraf
kerel, kerel, ik sta paf
Meer gedichtjes lezen? Bekijk ook de mooiste gedichten over vriendschap. Ramsey Nasr was net als Annie M.G. Smidt een echte duizendpoot. Lees hier zijn gedichten.
Over de auteur
