
Midden in de Dordogne, in het Franse dorp Vézac vindt je het kasteel Marqueyssac. Op dit landgoed is in de 19e eeuw een buxustuin aangelegd met 150.000 buxussen die nog altijd op traditionele wijze met de hand worden gesnoeid. Ook al heb jezelf geen groene vingers, deze tuin is een prachtig stukje tuinkunst om doorheen te dwalen.
De mooiste tuinen van de Dordogne
De tuinen van Marqueyssac zijn in de Dordogne heel bekend en geliefd. Het park rondom het landgoed beslaat 22 hectare grond en de aangelegde paden vormen een 6 kilometer lange route. Onderweg vind je een theehuisje, een souvenirwinkeltje en siertuinen. Ook lopen er pauwen rond.
Een groot balkon – de Belvedère – hangt 130 meter boven de rivier de Dordogne biedt uitzicht over de vallei en omliggende dorpen als Castelnaud, Fayrac en Beynac.
De geschiedenis van het landgoed
Het château wordt in 1692 gekocht door Bertrand Vernet de Marqueyssac. Hij was als adviseur van de Franse koning Lodewijk XIV een man met aanzien en kocht dit 'nederige optrekje' voor zijn familie.
Het ontwerp van de tuinen en terrassen die Marqueyssac liet aanleggen worden toegeschreven aan een leerling van André la Notre (een beroemde tuinarchitect die ook werkzaam was voor Lodewijk XIV). La Notre maakte in zijn ontwerpen gebruik van symmetrie en regelmaat en die invloeden zijn vandaag de dag nog steeds te herkennen. Op de overige percelen werd groente en fruit verbouwd, zoals toen gebruikelijk was.
Een grote boslaan voor de paarden
Van de Franse Renaissance maken we een sprong naar de industriële revolutie. Tussen 1830 en 1840 kocht Julien Bessières (een Franse diplomaat en onderzoeker die onder andere voor Napoleon heeft gewerkt) het landgoed. Hij liet een Grande Allée aanleggen om te kunnen paardrijden en liet een kapel bouwen op een klif die uitzicht biedt op de Dordogne.
Een paradijs van Buxussen
In 1861 erft Julien de Cerval het landgoed en hij heeft grote plannen met de tuin. Hij laat duizenden en duizenden buxussen importeren en snoeien in verschillende vormen. Hiermee veranderde de moestuin in een enorme siertuin. Ook liet hij acacia's, cipressen, lindebomen, steeneiken en vele andere soorten bomen en planten aanleggen.
De tuin was voor Julien een passie en hij was er tot aan zijn dood mee bezig. Naast het aanplanten van allerlei flora, legde hij kronkelpaden, in de rotsen uitgehakte banken, schaapskooien en twee cisternen vanwaaruit de bomen en planten konden worden besproeid met water, aan.
Nieuw leven sinds 1997
Na het overlijden van Julien de Cerval heeft de familie het landgoed nog zo goed mogelijk proberen te onderhouden, maar het raakte in de 19e eeuw toch in verval. Het landgoed was nauwelijks bewoond en kwam uiteindelijk in de 20e eeuw in handen van de Franse monumentenzorg.
Directeur en tuinarchitect Kléber Rosillon is samen met Michèle de Jonghe d'Ardoye (een nazaat van Marqueyssac) verantwoordelijk voor de restauratie van de tuinen. Zij hebben gedurende dit project 50 steeneiken moeten laten omhakken, zodat een nieuwe buxustuin kon worden aangelegd en de theetuin meer zonlicht zou krijgen. In maart 1997 werden de deuren geopend voor het publiek. Het landgoed is sindsdien een goed bezochte plek.
Verzorging van de tuin
De tuin wordt iedere dag bijgehouden door Jean Lemousse en zijn team van vijf hoveniers. De buxussen worden op traditionele wijze, met de hand gesnoeid. Een keer aan het begin van de lente en een keer gedurende het najaar. Volgens Jean is dit de beste wijze om de buxussen te snoeien, omdat elektrische apparaten de bladeren van de planten stuk trekken.
Als je wilt zien hoe het snoeien in zijn werk gaat: ieder jaar wordt in het eerste weekend van juni snoeidemonstraties gehouden.
Bezoeken van de tuin
De tuinen van Marqeuyssac zijn het hele jaar open, maar worden vooral in het hoogseizoen druk bezocht. Wil je wat meer rust, kom dan in het voor- of naseizoen. Vind je drukte echter niet erg en ben je gedurende het hoogseizoen in de Dordogne, dan is het ook leuk om te weten dat in demaanden juli en augustus de tuinen verlicht worden met kaarsen op donderdagavond.
Ook in Duitsland kan je prachtige kasteeltuinen vinden en is het net of je terug in de tijd bent gegaan.